Wat staat studenten (en vooral de tieners van nu) te wachten?

door Alexander Beunder.

Over de afschaffing van de basisbeurs en nog 7 onderwijshervormingen die studenten de komende jaren boven het hoofd hangen.

De afgelopen decennia zijn Nederlandse studiekosten enorm gestegen. Inmiddels is de gemiddelde studieschuld even hoog als in de VS (15.000 euro / 20.000 dollar). En er komen nog een hoop extra bezuinigingsplannen aan, die studiekosten en studieschulden nog wat extra zullen opdrijven, en het hoger onderwijs weer wat ontoegankelijker maakt.

De maatregelen die voortvloeien uit het rapport uit 2010 van de invloedrijke commissie-Veerman zullen het hoger onderwijs de komende jaren ingrijpend veranderen. Huidige studenten merken daar minder van dan de tieners die de komende jaren eindexamen doen.

2014: basisbeurs verdwijnt
Studenten die in september 2014 aan hun bachelor óf master beginnen, krijgen geen basisbeurs meer. Het kabinet wil een zogeheten ‘sociaal leenstelsel’ invoeren, wat betekent dat studenten tegen gunstige voorwaarden kunnen lenen bij DUO. De opbrengst van de maatregel gaat naar het primair en voortgezet onderwijs, het mbo en naar wetenschappelijk onderzoek. Slechts een klein deel van het geld blijft behouden voor het hoger onderwijs, maar het is nog niet duidelijk wat er precies mee gebeurt. De aanvullende beurs voor studenten uit armere gezinnen blijft wel bestaan, al krijgen studenten met weigerachtige of onvindbare ouders in de huidige plannen geen extra geld meer.

2014: hoger collegegeld
‘Excellente’ opleidingen mogen vanaf september 2014 meer collegegeld vragen. Eerst moeten ze kwaliteitsbewaker NVAO van hun klasse overtuigen en daarna moet de minister nog persoonlijk toestemming geven. Het bedrag is maximaal vijf keer het wettelijke collegegeld, oftewel zo’n negenduizend euro. Studenten die al bezig zijn met een opleiding die toestemming krijgt om meer collegegeld te vragen, hoeven niet ineens meer te betalen. Het tarief moet weer omlaag als de opleiding niet langer excellent is of als het hoge collegegeld de toegankelijkheid van het hoger onderwijs in gevaar brengt.

2016: ov-kaart verandert
Onderwijsminister Bussemaker wil rond de vierhonderd miljoen bezuinigen op de ov- studentenkaart. Alle studenten – ook de huidige – krijgen vanaf 2016 een ‘ov-arrangement’ in plaats van een kaart waarmee ze vrij kunnen reizen in het weekend of door de week. Hoe dat arrangement er precies uit gaat zien, is nog niet bekend. Staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur bekijkt meerdere opties.

2013: experiment bindend studieadvies
Onderwijsminister Bussemaker wil hogescholen en universiteiten laten experimenteren met een bindend studieadvies (bsa) in het tweede en derde studiejaar. Wie niet genoeg punten haalt, moet dan alsnog vertrekken. Opleidingen mogen alleen met nieuwe studenten experimenteren.

2014: doorstroommaster verdwijnt, maar eigenlijk niet
Vanaf september 2014 verdwijnt de ‘doorstroommaster’ uit de wet. Dan mogen masteropleidingen al hun studenten selecteren, zelfs als die van hun ‘eigen’ bacheloropleidingen komen. Maar onderwijsminister Bussemaker wil niet dat er studenten buiten de boot vallen. Als sommige afgestudeerde bachelors nergens worden toegelaten, kan zij universiteiten en hogescholen verplichten hen zonder nadere eisen toegang te geven tot een masteropleiding.

2014: selectie aan de poort voor mbo’ers
Voor sommige mbo’ers wordt het moeilijker om naar het hoger onderwijs te gaan. Zij moeten een selectieprocedure doorlopen en kunnen geweigerd worden voor de hbo-opleiding van hun keuze. Op dit moment kan een mbo’er met een techniekdiploma toegang krijgen tot bijvoorbeeld verpleegkunde, een opleiding die niet aansluit op zijn kennis en praktijkervaring.

2013: dezelfde titel voor hbo- en wo-afgestudeerden
Hbo-afgestudeerden mogen zichzelf tot nog toe geen bachelor/master of arts dan wel bachelor/master of science noemen. Hier komt per september 2013 verandering in, althans als de Tweede Kamer akkoord gaat met een wetsvoorstel van het kabinet.

2014: voor 1 mei aanmelden
Vanaf 2014 moeten scholieren zich vóór 1 mei aanmelden bij de bacheloropleiding van hun keuze. Door de vroege aanmelddatum is er tijd voor ‘matchingsactiviteiten’, waar aspirant-studenten verplicht aan mee moeten doen.

Deze maatregelen zijn nog niet allemaal goedgekeurd door het parlement. Het kabinet krijgt nog een harde dobber aan het afschaffen van de basisbeurs en de ov-kaart, omdat coalitiepartijen PvdA en VVD in de Eerste Kamer geen meerderheid hebben. Bovendien heeft het debacle van de langstudeerboete laten zien dat niets zo veranderlijk is als de Nederlandse politiek.

Dit is een aangepaste versie van “Wat staat studenten te wachten”, Petra Vissers, Hoger Onderwijs Persbureau (HOP), 4 april 2013, verschenen op delta.tudelft.nl.